Verwekker
Hepatitisvirussen zijn hepatitis A virus (HAV), hepatitis B virus (HBV), hepatitis C virus (HCV), hepatitis D virus (HDV) en hepatitis E virus (HEV). Daarnaast kunnen ook andere bacteriële en virale infecties een ontsteking van de lever geven. Voorbeelden hiervan zijn, cytomegalovirus (CMV), Epstein-Barr virus (EBV), HIV, herpes simplex virus, rubellavirus, bofvirus, adenovirus, parechovirus, gele koorts virus, Coxiella burnetii (Q-koorts), Mycoplasma pneumoniae, leptospirose, Treponema pallidum (lues II).
Epidemiologie
Hepatitis A, B en C zijn meldingsplichtige ziekten in groep B. Dit betekent dat de infectie door behandelend arts en door het laboratorium gemeld moet worden aan de GGD binnen 24 uur na vaststelling. De GGD verricht bron- en contactonderzoek. In onderstaande tabel staan de overzichten van de meldingen van de afgelopen jaren.
Incubatietijd
De incubatietijd is de tijd tussen infectie en de eerste symptomen is afhankelijk van de verwekker.
Ziektebeeld
Symptomen bij acute hepatitis kunnen zijn: moeheid, koorts, spier- en gewrichtspijnen, misselijkheid en buikpijn, terwijl kleurverandering van urine, ontlasting, ogen en huid kunnen optreden.
Doordat bilirubine bij een leverontsteking niet door de lever via de gal naar het maagdarmkanaal wordt afgevoerd maar via de nieren wordt uitgescheiden, wordt de urine donker, de ontlasting krijgt een stopverfachtige kleur en het oogwit en de huid kunnen een gele kleur krijgen (icterus).
Op http://www.hepatitisinfo.nl/ staat veel informatie over de hepatitisvirussen, hun overdrachtsroute, kliniek en behandeling. Ook de CDC (Centers for Disease Control and Prevention ) biedt online trainingscursussen voor professionals (http://www.cdc.gov/hepatitis/resources/professionals/trainingresources.htm)
In de NHG-standard virushepatitis staat informatie over risicocontacten voor een virushepatitis.
Serologie
In het algemeen wordt eerst een screening ingezet voor een hepatitis (A,B,C of E). Wanneer de screening positief is, wordt er door het laboratorium automatisch vervolgtesten uitgevoerd ter confirmatie.
Moleculaire diagnostiek
Met behulp van moleculaire diagnostiek wordt onderscheid gemaakt tussen een actuele infectie (acuut of chronisch) en een doorgemaakte infectie (immuun).
Meldingsplicht
Voor hepatitis A, hepatitis B en hepatitis C geldt een meldingsplicht (groep B2) wat betekent dat een vastgestelde infectie gemeld moet worden binnen een werkdag aan de arts infectieziektenbestrijding van de GGD door zowel de behandelend arts als het laboratorium.
Behandeling
Hepatitis A en E zijn doorgaans self-limiting. Hiervoor is geen behandeling. Hepatitis E kan bij transplantatie patiënten een chronische hepatitis geven.
Hepatitis C is met de nieuwe antivirale middelen goed te behandelen
Voor hepatitis B (en D) geldt dat we de virusreplicatie wel kunnen onderdrukken maar dat de kans op genezing in geval van een chronische hepatitis klein is.
Immunisatie
Actieve immunisatie is mogelijk voor hepatitis A en B. Voor controle van vaccinatie hoeft alleen anti-HAV-Ig-totaal of anti-HBs bepaald te worden.
Overige preventieve maatregelen
Voor hepatitis A en E geldt dat ze meestal overgedragen via besmet voedsel of drinkwater. Hiervoor geldt schil, was of kook vers fruit of groente voor je het eet. Daarnaast geldt een goede handhygiëne na toiletbezoek. Bij reizen naar landen waar hepatitis A of E endemisch zijn, koop uitsluitend gebotteld water of drink gekookt water.
Voor hepatitis B en C die hoofdzakelijk via contact met bloed worden overgedragen geldt dat prikaccidenten moeten worden vermeden. Dit betekent bijvoorbeeld niet recappen van een naald, maar gebruik van een naaldencontainer. Aangezien hepatitis B ook via seksueel contact overdraagbaar is helpen condooms ook de overdracht te voorkomen.
Voor meer informatie zie ook: