Verwekker
Zikavirus is een arthropod borne virus (arbovirus) wat behoort tot de Flaviviridae. Het virus wordt overgedragen door muggen die ook gele koorts en dengue kunnen verspreiden, zoals Aedes aegyptii, Aedes albopictus en Aedes africanus. In Nederland komen alleen importgevallen voor.
Epidemiologie
Zikavirusinfecties komen voor in de (sub)tropische delen van Afrika, Amerika en Azië waar de muggensoorten aanwezig zijn die het virus kunnen overdragen. Op de website van het RIVM vindt u actuele informatie over landen waar het zikavirus voorkomt. Het virus wordt overgebracht door verscheidene Aedes-steekmuggen. De primaire vector buiten Afrika is de gelekoortsmug Aedes aegypti die wereldwijd in tropische gebieden voorkomt. Het ECDC heeft de gebieden in Europa waar deze vector voorkomt in kaart gebracht, deze wordt alleen aangetroffen in gebieden rond de Zwarte Zee (noordoostelijke kust Turkije en kust Georgië).
Incubatietijd
De incubatietijd varieert van 3 tot 12 dagen. Transmissie vindt plaats via:
- steekmuggen van het Aedes-geslacht. Deze steken overdag en vooral rond zonsopgang en zonsondergang.
- verticale transmissie, transplacentair of gedurende de partus als de moeder viraemisch is.
- Semen: het virus is tot 68 dagen na de eerste ziektedag uit semen gekweekt en het RNA is tot 12 maanden na de eerste ziektedag aangetoond in semen.
- Seksuele transmissie van vrouw naar man via vaginale secreties is beschreven tot maximaal 14 dagen na de eerste ziektedag.
Ziektebeeld
Subklinische infecties komen, net als bij andere flavivirusinfecties zoals dengue, vaak voor. Naar schatting ontwikkelt ongeveer één op de vier tot vijf mensen geïnfecteerd met ZIKV symptomen. De meeste mensen die klachten ontwikkelen herstellen volledig. ZIKV-infectie wordt doorgaans beschreven als een milde, zelflimiterende, koortsende ziekte die 2-7 dagen duurt zonder ernstige complicaties of sterfte. De symptomen lijken erg op die van een dengue- en chikungunya-infectie. Meest frequent voorkomende symptomen zijn: huiduitslag, milde koorts, hoofdpijn, niet-purulente conjunctivitis, spier-en gewrichtspijn vooral van handen en voeten, brandend of doof gevoel in handen of voeten.
Dengue, chikungunya en zikavirus infecties kunnen daardoor op basis van alleen kliniek eenvoudig verward worden. De belangrijkste verschillen zijn koorts en gewrichtsklachten (zie onderstaande tabel).
kenmerk |
dengue |
chikungunya |
zika |
virus (genus) |
Flavivirus |
Alfavirus |
Flavivirus |
symptomatische infectie |
1 op de 4 patiënten |
3 op de 4 patiënten |
1 op de 4 à 5 patiënten |
incubatieperiode in dagen |
3-14 |
2-12 |
3-12 |
duur acute symptomen in dagen |
2-7 |
5-7 |
2-7 |
primaire vector |
Aedes spp. (A. aegypti, A. albopictus) |
Aedes spp. (A. aegypti, A. albopictus, A. hensili) |
Aedes spp. (onder andere A. aegypti, A. hensili, A. albopictus) |
koorts |
hoge koorts |
hoge koorts |
verhoging of lichte koorts |
hepatomegalie |
++ |
++ |
+ |
gewrichtspijn |
++ |
+++, kan maanden tot jaren aanhouden |
+++, kort |
spierpijn |
+ |
+ |
++ |
huiduitslag |
+++ |
+++ |
+++ |
jeuk |
++ |
++ |
++ |
conjunctivitis |
+ |
+ |
+++ |
lymfadenopathie |
++ |
++ |
+ |
trombopenie |
++ |
+ |
- |
leukopenie |
++ |
++ |
+ |
bloedingen |
+ |
- |
- |
oedeem van enkels, polsen of handen |
- |
- |
++ |
retro-orbitale pijn |
++ |
+ |
++ |
Complicaties
De case fatality rate van de acute infectie is erg laag. Inmiddels bestaat er een wetenschappelijk consensus dat er een causale relatie bestaat tussen een infectie met het zikavirus en een aantal complicaties:
- Er is een verband tussen maternale Zikavirus-infectie en cerebrale congenitale malformaties zoals microcefalie of oogafwijkingen van de foetus. Het risico op het voorkomen van dergelijke afwijkingen lijkt hoger bij een maternale infectie in het eerste trimester. In een recente Amerikaanse analyse van 1297 zwangerschappen resulteerde een laboratorium-bevestigde Zika infectie gedurende de zwangerschap bij ongeveer 1 op de 10 kinderen (24/250) in congenitale afwijkingen. Het maakte daarbij geen verschil of de moeder al dan niet symptomatisch was. Een spontane abortus is mogelijk ook geassocieerd.
- Sensorineuronaal of perceptief gehoorverlies.
Bij langere follow-up van betrokken kinderen zal naar verwachting het klinisch syndroom preciezer beschreven worden.
- Het Guillain-Barrésyndroom (GBS) en neuropathie. Uit Frans onderzoek tijdens de epidemie in Polynesië in 2013 bleek het risico op GBS ongeveer 2,4 per 10.000 Zikavirus-infecties waarbij deze complicatie zich in 93% van de gevallen binnen 3 maanden na de besmetting ontwikkelt.
Serologie
Er is een ELISA beschikbaar voor het aantonen van IgM en IgG antistoffen tegen zikavirus (ZIKV) gebaseerd op het niet structurele eiwit (NS1). Serologische diagnostiek wordt aangeboden aan patiënten met een passend klinisch beeld en relevante reishistorie waarbij serum ≥7 dagen na de eerste ziektedag is afgenomen. Daarnaast wordt serologische diagnostiek ook aangeboden aan zwangeren zonder symptomen die risico hebben gelopen geïnfecteerd te zijn (geweest) met het Zikavirus tijdens hun zwangerschap.
Serodiagnostiek wordt bemoeilijkt door de aanwezigheid van uitgebreide kruisreactiviteit met andere flavivirussen, waaronder denguevirus en westnijlvirus. Eerder doorgemaakte infecties met andere flavivirussen dan wel de endemische aanwezigheid hiervan in de uitbraakregio’s compliceren de interpretatie. Daarnaast is voor een juiste serologische interpretatie de eerste ziektedag en de vaccinatiehistorie van de patiënt van belang (Japanse encefalitisvirus, tick-borne encefalitisvirus of gelekoortsvirus. Voor een juiste interpretatie is om deze redenen altijd een tweede serummonster noodzakelijk. Het vervolgserum dient in dat geval minimaal 1 maand na vertrek uit epidemisch gebied te zijn afgenomen.
Moleculaire diagnostiek
PCR diagnostiek voor zikavirus infecties worden met name toegepast bij zwangere vrouwen die in een gebied zijn geweest met zikavirustransmissie. Bij terugkeer van een partner uit een Zikavirus-transmissiegebied wordt geadviseerd gedurende 2 maanden beschermde coïtus te hebben.
Er is een algoritme opgesteld voor diagnostiek bij zwangere vrouwen (zie onderstaand schema)
Bij zwangeren wordt, ongeacht hoe lang geleden zij (mogelijk) zijn blootgesteld aan het zikavirus, minimaal 1 keer een RT-PCR op zikavirus uitgevoerd in verband met de in de literatuur beschreven langere viremieduur van zikavirus. Een RT-PCR op urine blijft mogelijk tot 30 dagen na infectie positief. Een negatieve ZIKV RT-PCR sluit een ZIKV-infectie niet uit. Een tweede serummonster (ten minste 2 weken na het eerste serum afgenomen) is daarom nodig voor serologische diagnostiek.
Indien de serologie of PCR positief is (aanwijzing voor recente infectie) dient de zwangere te worden verwezen voor geavanceerd ultrageluid onderzoek (GUO).
Meldingsplicht
Zikavirusinfectie is per 1 november 2016 een meldingsplichtige ziekte groep C. Het laboratorium en de arts melden een zikavirusinfectie tijdens de zwangerschap of een gecompliceerde zikavirusinfectie binnen 1 werkdag aan de GGD. Meldingscriteria zijn te vinden op de website van het RIVM.
Behandeling
Er is geen behandeling voor zikavirusinfecties.
Immunisatie
Er is geen vaccin tegen zikavirus.
Preventieve maatregelen
De algemene preventieve maatregelen zijn naast een reizigersadvies gebaseerd op bestrijding van de vector en het vermijden van muggenbeten en zijn vooral belangrijk voor zwangere vrouwen en koppels die voornemens zijn zwanger te worden. Vrouwen wordt geadviseerd om tijdens de reis en de eerste maand na terugkomst niet zwanger te worden.
Zwangere vrouwen wordt aangeraden bij een voorgenomen reis naar epidemisch gebied dit goed te bespreken met een behandelend arts, of bij de GGD op het reizigersspreekuur en niet noodzakelijke reizen uit te stellen.
In verband met mogelijk risico op overdracht via sperma wordt volgens de huidige Nederlandse consensus mannen geadviseerd om gedurende twee maanden na terugkomst een condoom te gebruiken bij seksueel contact met een zwangere partner, of een partner met een zwangerschapswens.